Reisverhaal-CE_header_stap-3

Stap 3: Monsters en kloven - verbinden met andersdenkenden

Main content

Met de stevige bedding en vanuit een veilig en neutraal basiskamp waarin we terug kunnen keren, is het tijd dat we de echte verkenning aangaan. Een gebied in dat we wel kennen, maar willen veranderen. Wij komen met onze nieuwe uitrusting aan in gebieden waar we niet vanzelf de aansluiting vinden. We zien kloven tussen onze ambitie en de realiteit die niet zomaar te overbruggen zijn. We zullen er doorheen moeten. Dat betekent enerzijds onze ambitie vasthouden, anderzijds aansluiten bij de monsters die die ambitie lijken te bedreigen en niet hetzelfde voor ogen hebben als wij.

Het is verleidelijk alleen met meer gelijkgestemden verder te gaan. Dan kunnen we veel sneller bouwen. Maar alleen mét die 'monsters', de andere wereld samen kunnen we door de kloven komen. We hebben ze nodig en moeten ze actief opzoeken. Mensen die stevig in de systeemwereld zitten, of andere leef- en werkterreinen, maar wel bereid om samen verder op pad te gaan. Mensen die ons net zo goed als monsters zien. Het niet-weten ook samen aangaan, zodat daar ook echt iets nieuws uit kan ontstaan.

Die verbinding gaan we aan door ons eerst open te stellen voor hún werkelijkheid. Zoeken naar welke taal en vorm nodig is om aan te sluiten en onze belangen te kunnen verenigen. Nieuwsgierig zijn naar elkaar, ook als het spannend wordt. Dat lukt niet altijd. Soms is de kloof te diep op dit punt. Maar het komt er ook op aan: onze eigen monsters, onze eigen aannames en patronen, in de ogen te kijken. Het voelt alsof we hier meer op te geven hebben dan dat we bouwen aan die mooie nieuwe wereld. Gelukkig hebben we onze bedding & basiskamp om af en toe op terug te vallen en samen een nieuwe route te vinden als we ons verslagen voelen! Ook om te zorgen dat we geen apen op onze schouders nemen die niet van ons zijn.

Voorbeelden

(Half)-producten en Tools

  • Community of Practice (CoP): In transitieprocessen komen altijd vragen naar boven waar nog niemand een antwoord op heeft. Er is behoefte om ervaringen te delen en van elkaar te leren. Als overheid, maar ook als burgerinitiatief, kennisinstelling of bedrijf, kun je het initiatief nemen om kennis- en leeromgevingen in te richten.
  • Ketenkaart: Als we met circulaire economie aan de gang willen, moeten we andere woorden gebruiken. Woorden die door ons brein niet als negatief geïnterpreteerd worden. Ter vergelijking: de taal van de lineaire economie gaat over afval. Dat wordt geassocieerd met problemen, risico’s en wantrouwen. De taal van de circulaire economie gaat over grondstoffen. Daarachter hangen andere concepten, ideeën, kansen en samenwerking. Om die andere taal te leren gebruiken, is de Ketenkaart ontwikkeld.

Spanningsvelden en dilemma’s

  • In hoeverre stel je je als initiator/aanjager ook echt wederkerig op? Of houd je teveel vast aan je eigen ambitie en sta je niet meer echt open voor andere perspectieven?
  •  Hoe verhoud je je tot de systeemwereld als daar niet de nodige steun vandaan komt? Succes dankzij of ondanks de systeemwereld? "We zijn nog steeds een prachtig initiatief én toch wel in samenwerking met het ministerie"
  • Als je tegen je eigen oordelen aanloopt, is nieuwsgierig blijven  ingewikkeld. De steun die je in de stappen hiervoor hebt georganiseerd, kan dan ook in de weg staan om je uit te dagen anders te kijken.
  • Om iets nieuws te ontwikkelen heb je ook andere taal nodig. Tegelijk moet je wel aan blijven sluiten. Taal kan de verbinding met andersdenkenden maken of breken.